DE KOMENDE TRAMMELANT IN BEURSLAND
Er staat veel te gebeuren, vergis je niet. De grootste beurscrash aller tijden zal, totaal onverwacht, het gehele monetaire oppompbeleid van de laatste jaren in diskrediet brengen. Hoe moeilijk dat nu ook voor de meesten is voor te stellen! Er is straks plotseling sprake van een wereldwijde Margin Call, waardoor kapitaal zal moeten worden bijgestort, Carry Trades moeten worden gedraaid of posities moeten worden gesloten. De wereld wordt stukken armer. Dat komt ervan, als men een ernstig probleem probeert te begraven in plaats van aan te pakken. Een onderschat probleem wordt meestal voor zich uitgeschoven, totdat het zichzelf ‘oplost’. Ontkenning is een diepe menselijke eigenschap en daarom slepen zich allerlei netelige kwesties schijnbaar eindeloos voort. Teveel improductieve (‘giftige’) schuld? Komt tijd, komt raad! Degenen, die de echte wortels proberen aan te pakken, worden, begrijpelijkerwijs, met argwaan bekeken, want waar hout gehakt wordt, vallen spaanders. Dat verstoort de rust.
Daarom worden herstructurering en afschrijving van excessieve schuld in de gehele wereld op de lange baan geschoven. Allereerst werden de rentelasten verlaagd. Daarna volgde een monetaire superstimulering (QE) onder het mom van inflatie-creatie, maar in werkelijkheid bedoeld om het financieele systeem te ‘herkapitaliseren’. Dit hebben, ongekende, negatieve obligatierendementen in de hand gewerkt, doordat de liquiditeitsexplosie tot een tekort leidde aan kwaliteitsactiva. Het lot van verzekeraars, banken en pensioenfondsen, kortom het gehele, op krediet gebaseerde, financieele systeem, hangt nu aan een zijden draad. Dat mag momenteel de pret niet drukken, omdat de hogere, opgeblazen, beurskoersen immers een goed gevoel geven. Het geld moet ergens naar toe. Maar voordat men de ernst doorkrijgt van deze ongelofelijke ontwikkelingen, dringt de vraag zich op: wat nu?
Wordt kasgeld straks afgeschaft of geconfisqueerd? Worden deposito’s straks aangewend voor de herkapitalisatie van het wankele bankwezen? Staat een geheel nieuw monetair systeem, een ‘reset’ op stapel? Wat een heerlijke droom! Een pijnloze gang naar het paradijs, waar schuld zomaar kan worden weggetoverd. Een algehele geldhervorming, een soort bovennatuurlijke ingreep, die de wereld, met haar excessieve schuldhefboom, weer op de been helpt. Maar dan ga je nu toch nog meer schulden aan bij het leven? Waarom niet alle activa, tegen elke prijs, opkopen, want anders mis je de boot. Kas-, spaargeld en obligaties worden immers behangpapier en zijn voor de dommen. Maar niet heus!
De kans, dat het elastiek van de huidige speculatieve bungeejumper tijdens zijn sprong knapt, is nu echt levensgroot geworden. De Centrale Banken zijn nu veel minder in staat om bij te springen dan in 2008, toen bijna elke grootbank dreigde om te vallen. En dat terwijl de totale wereldschuld sindsdien liefst met 40% is gestegen naar bijna 300% van de wereldeconomie (McKinsey)! Men kan alle waarschuwingen, vooral ook die van de Bank of International Settlements (BIS), de internationale organisatie van Centrale Banken te Basel, niet in de wind blijven slaan. Er is zelfs een alarmerend rapport verschenen van het Amerikaanse Ministerie van Financieen zelf (Office of Financial Research van de U.S. Treasury), die de S & P 500 index van 2015 vergelijkt met de bubbelhoogtepunten van 1929, 2000 en 2007. De OFR werd nota bene ingesteld om een herhaling van 2008-crash te voorkomen. De grote klap komt en het wordt later weer puinruimen. Als men hierin niet gelooft, dan tart men het noodlot. Al die waarschuwingen worden trouwens nu de wereld ingeslingerd, zodat Koningin Elizabeth II zich niet weer, zoals in 2008, kan afvragen, waarom niemand de kredietcrisis zag aankomen.
Maar wanneer slaat het onheil toe? Hoeveel onheilsprofeten zijn niet voorbarig geweest? Wat maakt het uit? Want de volgende klap wordt aanzienlijk ernstiger dan die van 2000, 2011 en 2008, omdat het niet uitsluitend beperkt blijft tot bepaalde sectoren (technologie, huizen- of grondstoffenprijzen). Het wordt een systeemcrisis in het kwadraat. Van al die papieren winst, die tijdens de hausse-jaren werd behaald, zal bar weinig overblijven. Zo’n crisis schijnt zich elke generatie voor te doen en daarom zijn er telkens maar enkelen, die in staat of bereid zijn om zich mentaal en financieel daarop voor te bereiden. Och, het zal mijn tijd wel uitduren, zei mijn oude tante wel eens.
Wat echter de volgende keer opdoemt is de vertrouwenscrisis in de almacht van de Centrale Banken, die zelf nota bene geen enkele toekomst zullen hebben, als de bakens niet kunnen worden verzet. Nee, Centrale Banken kunnen niet functioneren met een negatief eigen vermogen. Zij zullen bij de volgende klap zelf worden geconfronteerd met hun eigen, technische, bankroet. Het bestaansrecht van alle deelnemers aan het economisch proces staat daardoor op het spel. Mocht men het niet eens kunnen worden over een herkapitalisatie van het monetaire systeem, met grote winnaars en verliezers, dan valt de wereld stelselmatig terug naar financieele chaos van ruim een eeuw geleden, voordat Centrale Banken aan de touwtjes begonnen te trekken. Er zijn al velen, die zo’n situatie zouden toejuichen, want er was toentertijd sprake, gedurende langdurige periodes, van een zekere mate van waardevastheid van geld. Elk monopolie, ook dat van Centrale Banken, leidt tot uitschakeling van een gezonde marktwerking. Uiteindelijk zouden de markten allesbepalend moeten zijn, niet de maatregelen van een kleine groep van ongekozen stuurlui. Zonder dat geldscheppingsmonopolie bestaat er eindelijk kans op ‘gezond’ geld, dat zijn koopkracht behoudt, want onbetrouwbaar geld wordt automatisch uit het systeem verbannen!
Niets verafschuwen financieele en politieke beleidsmakers meer, dan de onzekerheid over geldcreatie. Stel je voor, dat ‘brood en spelen’ aan de bevolking niet meer kunnen worden beloofd! Hoe kan men dan verkiezingen en oorlogen winnen? De elite zal zich daarom met hand en tand daartegen verzetten. Dit komt enigszins overeen met vele kopstukken in het bedrijfsleven, die al sinds Sint-Juttemis de verdeling en de prijs van hun markt onderling proberen overeen te komen en de regelmatige boetes voor kartelvorming eenvoudigweg zien als noodzakelijke kosten van bedrijfsvoering. En wat te denken van het kortzichtig ‘snel geld’ verdienen door grootbanken met internationale witwas-, marktmanipulatie- en andere onoorbare praktijken, waarvoor miljarden in boetes moesten worden opgehoest. Bestuurders gaan toch vrijuit.
Maar tijden veranderen, waardoor traditionele handelwijzen niet meer door de beugel kunnen. Beurskoersen mogen dan nieuwe records hebben bereikt, maar de gemiddelde burger is niet opgetogen te krijgen. Het experimentele, onorthodoxe, monetair beleid heeft het systeem voorlopig wel overeind gehouden en de bezittende klasse verder verrijkt, maar algemene consumentenbestedingen blijven ver achter bij de verwachtingen. Reeele loonsverhogingen lijken grotendeels naar de bliksem. Bovendien zijn duizenden miljarden aan rente-inkomsten met de noorderzon verdwenen! De werkgelegenheidscijfers geven twijfelachtige signalen. Er zijn wel peperdure huizen op sommige plekken, maar het herstel van de huizenmarkt gaat uiterst moeizaam. Men klaagt juist steen en been over hoeveel minder mensen zich het een en ander kunnen veroorloven. Kredietverlening wordt steeds meer een gunst, naarmate het bankwezen door de nieuwe regelgeving scherp moet inkrimpen. Herfinanciering van bestaande schulden wordt niet vanzelfsprekend meer, zeker niet na de volgende wereldrecessie.
Hoe is het toch mogelijk, dat de halve wereld de superdevaluatie van de Euro van 25% ten opzichte van de Dollar, binnen amper een jaar, staat op te hemelen? Het positieve effect daarvan op korte termijn, namelijk een nog groter handelsoverschot voor Euroland en de export van haar deflatie, zal funeste, protectionistische, krachten ontketenen. Als China zich straks in deze ‘beggar-thy-neighbour’ valuta-oorlog stort met een forse devaluatie van de Yuan, is de wereld hard op weg naar de donkere dagen van de depressie van 80 jaar geleden. Tja, de geschiedenis herhaalt zich, omdat 99% van de beleidsmakers uitsluitend uit is op kortzichtig succes.
De Europese Centrale Bank bestraft de Europese banken als zij overtollig kasgeld bij haar stallen, doormiddel van een negative rente van 0.2%. Natuurlijk wordt dat doorberekend aan grotere, professionele partijen, maar het spaargeld van, vooral grotere, particulieren zal op den duur ook niet kunnen worden ontzien. We hebben nu dus te maken met een omgekeerde wereld, waar spaargeld kan worden gemist als kiespijn! Als dat maar goed gaat. Nee, dat gaat gegarandeerd mis. Daarom is het meer dan ooit zaak om deze wanhopige en gevaarlijke trend te negeren en, op een of andere manier, te blijven sparen. Ondertussen moet een belegger maar hopen, dat hij tegelijkertijd ook belangen heeft in activa, die, na de klap, in ieder geval iets waard zijn, ookal zijn de waarderingen dan fors ingezakt.
DIEDERIK SCHMULL
22 Maart, 2015
WESTCLIFF-On-SEA, Essex, U.K.
=